spacer
Contact Fondslijst Deelnemers beurs 1998-2006 Archief Links

JAN LAUWEREYNS

bibliografie
Addertje zonder kop
Het bloembed van de werkelijkheid
De boeke-kas. Waar toe zo veel?
Het zwijgen van de dichter
René Puthaar in De Groene Amsterdammer
Yves T'Sjoen in Literatuur
Paul Demets op Klara
Erik De Smedt in Leesidee

terug naar fondslijst

o home

 

file:\\ druksel \ fondslijst \ Jan Lauwereyns \ Leesidee 7

Erik de Smedt in Leesidee nr. 7, 2001.

De dichter Jan Lauwereyns debuteerde twee jaar geleden met de opgemerkte bundel Nagelaten sonnetten (Leesidee, 1999, p. 463). Nu vertelt hij, in een vorm die het midden houdt tussen poëzie en proza, een verhaal dat zich afspeelt in het Wilde Westen. Het is even desoriënterend als David Lynch' cultfilm 'Lost Highway', en net zo fascinerend. De vertelster is een jonge vrouw, die bij het begin zichzelf veranderd vindt in een muilezelin. Een bevreemdende tocht met een geelzwarte hagedis brengt haar naar een verlaten hotel in het midden van nergens. Op een scherrn ziet ze videobeelden waarop een blondine (of toch zijzelf?) bij het liefdesspel met haar partner Uwe Yser gebeten wordt door een gilamonster en vervolgens Uwe aan stukken rijt. Een oude man leidt haar terug.

Ze wordt weer mens en vindt in de woestijn de auto terug die ze samen met Uwe had achtergelaten. Ze rijdt terug naar hun motel waar ze ziet hoe Uwe door de politie wordt voorgeleid. Op het bed ligt het slachtoffer: "Ze was naakt. / Ze droeg alleen een diepe snede / in haar keel. Mijn keel. / Ik keek naar buiten, / naar het oranje gaatje in de wolken. / Ik tastte naar mijn keel maar voelde niets. / Helemaal niets. Lucht." In de blik van Uwe, haar vriend, kan de ik niets lezen. "Hoe kon ik nu dood zijn?" vraagt ze zich verbaasd af.

Wat in de samenvatting als een misdaadverhaal kan overkomen, is veel meer dan dat. Het verhaal lijkt met zijn gedaantewisselingen, ontdubbelingen en zijn droomachtige tijdsstructuur op een ring van Möbius, waar je kop noch staart aan krijgt. Toch wordt het merkwaardig helder verteld, zelfs luchtig, met ontwapenende vragen die niet alleen in het gedicht, maar ook tussen tekst en lezer een functie krijgen. De muze van de dichter Uwe Yser heet Shizuka, het Japanse woord voor 'stilte'. Als de dichter zijn muze ombrengt, doorbreekt hij dus het zwijgen. Lauwereyns heeft met dit verhaal van inspiratie, dwaalsporen, liefde en dood een raadselachtige tekst geschreven die je steeds weer kan lezen zonder dat hij een moment verveelt.

Als een modern alchemist geeft hij het alledaagse taalgebruik nieuwe glans. Het rijtje verhalende lange gedichten waar de Nederlandse poëzie prat op mag gaan 'Het uur u' (Martinus Nijhoff), 'De vis' (Ed Hoomik) en 'Pornschlegel' (Dirk van Bastelaere) krijgt met Het zwijgen van de dichter een waardig vervolg. Door de mooie vormgeving heeft de tekst de ruimte gekregen die hij verdient.

html by Tankred
version 2.2 - © Druksel