file:\\ druksel \ archief \ 2004 \ Karel Beunis
Karel Beunis: van boekbeeld naar tijdsbeeld J. Cursto / Jaap Jungcurt: van mysterie naar onthulling
Karel Beunis, vormgever en typograaf, is vooral bekend omwille van zijn werk
voor De Bezige Bij. Nochtans waren zijn activiteiten ruimer
dan dat: hij heeft voor meerdere uitgeverijen gewerkt en de
diversiteit van dat werk is meer dan verrassend. Op de tentoonstelling
tijdens DRUKsel 2004 (en in de stadsbibliotheek van Gent) werd nochtans vooral nadruk gelegd
op zijn werk voor De Bezige Bij.
Het werk (het oeuvre) van Karel Beunis (1933-1983) is verrassend
omdat hij op een omgekeerde manier te werk ging. Eén
van de stelregels voor vormgevers is dat ze ten dienste staan
van dat ene boek van die bepaalde schrijver. Ze moeten de essentie
van de inhoud op een duidelijke manier in de vormgeving kunnen
communiceren. De vorm is de veruitwendiging van de inhoud. Op
die manier kunnen conflicten ontstaan: de schrijver kan vinden
dat de vormgever zijn werk onrecht heeft aangedaan, dat zijn
werk niet of verkeerd begrepen werd. De vormgeving kan ook vloeken
met de esthetische traditie waarin de schrijver zich wenst te
tonen. Sommige schrijvers vinden dat de omslag het werk teveel determineert en daardoor tekort doet aan de
verbeelding van de lezer. De vormgever daarentegen kan zich
soms moeilijk schikken in de ondergeschikte rol die hij te spelen
heeft. Hij meent dat het materiële meer aandacht verdient,
dat het schermen met de ‘onzichtbare’ typografie
en vormgeving al te dikwijls een dooddoener is om de vormgeving
te verwaarlozen en nietszeggend te doen worden. Ook de lezer
kan zich bedrogen voelen door de omslag, de vormgeving, de typografie , de omslagtekst.
Beunis ging op een heel eigen manier te werk: hij ontwierp
een reeks omslagen en het is pas nadien dat hij er de ‘gepaste’
teksten bij zocht. Men zou kunnen menen dat dit bijzonder pretentieus
was: de vormgever bepaalt hoe de boeken er uit zien zonder rekening
te houden met de inhoud ervan. Maar achteraf gezien is dat een
bijzonder gelukkige beslissing geweest. Beunis heeft immers
de reeks boeken die hij voor De Bezige Bij ontworpen heeft op
een hoger niveau gebracht. Door de boeken onder te brengen in
een eenduidige vorm (duidelijk ontworpen door één
hand) heeft hij elk boek van zijn individualiteit beroofd maar
ondergebracht in een tijd, een denkrichting, een standpunt.
En daardoor heeft hij voor elk boek een meerwaarde gecreëerd.
Het individuele boek werd op die manier ondergebracht in een
modernistisch discours. Want de beelden die Beunis maakte, blijken
nu een brandpunt van die tijd te zijn. Soms zijn ze verwant
aan ander abstract schilderwerk, waarbij zeker het werk van
Meerbergen niet onvermeld mag blijven.
Karel Beunis werkte dus nog anders dan bijvoorbeeld bij de vormgeving van
een reeks als Privé-domein. De vormgever
Kees Kelfkens ontwierp hier weliswaar een sjabloon dat voor
elk boek gebruikt kon worden maar het beeld dat ingevoegd wordt,
is gemodelleerd naar de schrijver zelf (ofwel een portret van
de schrijver ofwel een foto van een stad, een landschap). De
reeks kreeg daardoor een homogene vormgeving (enkel het beeld
en de kleur veranderden) maar elk boek bleef sterk gelieerd
aan de schrijver van het boek: het portret van Nietzsche behoort
tot ‘Ecce homo’ en niet tot het boek ‘De wereld
deugt niet’.
De boeken van Beunis zijn onlosmakelijk verbonden met een bepaalde
generatie schrijvers (en ook met de hoogtepunten van de uitgeverij
De Bezige Bij). Dit komt omdat het beeld dat Beunis gecreëerd
heeft het particuliere overstegen heeft: zijn beelden zijn tijdsbeelden
geworden én bepalen nu het zicht dat wij hebben op die generatie
schrijvers.
Karel Beunis behaalde in 1953 zijn diploma aan het Instituut
voor Kunstnijverheid in Amsterdam. In 1954 begon hij te werken
voor De Bezige Bij. Hij heeft een massa boeken ontworpen maar
zijn belangrijkste creatie was de vormgeving van verschillende
Nederlandse pocketseries. In 1956 lanceerde De Bezige Bij de
reeks Literaire pockets, de naam zou overigens niet altijd gelijk
blijven. Vanaf het begin waren ze het podium voor de Vijftigers
en een catalogus van moderne buitenlandse literatuur. Deze reeks
was de voorloper van de Literaire Reuzenpockets. Van sommige
boeken bepaalde Beunis enkel het omslag of enkel de typografie,
van een groot aantal beide. En zelfs van de boeken die hij niet
volledig ontwierp, kunnen we zeggen dat ze op een volwaardige
manier tot de reeksen behoorden. In de glorieperiode werden
de boeken van Beunis bijna jaarlijks tot de best verzorgde boeken
verkozen. Voor de typografie hield Beunis wel rekening met de
individualiteit van het boek: deze is niet bij alle pockets
gelijk.
In 1959 lanceerde De Bezige Bij de Literaire Reuzenpockets. Er is nog
steeds controverse over het ontstaan hiervan: was het Harry
Mulisch of iemand anders die met dit idee kwam? In ieder geval
was op dat moment de paperback een moderne vorm. Jonge
auteurs wilden zich afzetten tegen het gebonden boek met een
harde omslag en een stofwikkel. Zij schreven boeken voor hun
leeftijdsgenoten, mensen die zich afzetten tegen de ‘verbrande’
cultuur, tegen de huichelachtigheid en de op macht beluste generatie
die de jeugd in een wereldoorlog had gestort. Vanaf nu werden
de autoriteiten aan het wankelen gebracht. Ook het traditionele
boek was een element in de machtsontplooiing: het stond model
voor de degelijkheid, de braafheid, het verstikkende. De paperback
werd het symbool voor het jonge, het rebelse, het vlotte.
Ondanks enkele plannen is aan het werk van Karel Beunis nooit
een tentoonstelling of zelfs een monografie gewijd. Druksel
hoopt met dit initiatief een aanzet te geven voor een alomvattende
expositie en monografie waar niet alleen de boeken maar ook
de schetsen, de contracten en de briefwisseling getoond zouden
worden.
In het bovenstaande moet de naam Karel Beunis aangevuld worden met de naam J.Cursto. Immers, tijdens de voorbereiding van de tentoonstelling is gebleken dat de tekeningen van de
omslagen niet door Beunis maar wel door J. Cursto gemaakt zijn. En Cursto was het pseudoniem van Jaap Jungcurt, een
kunstenaar die nog steeds in Amsterdam leeft. De geschiedenis heeft haar rechten: Beunis was wel degelijk een typograaf maar het is Jungcurt die
het gezicht van De Bezige Bij heeft vorm gegeven. In het tijdschrift De boekenwereld zal hierover in 2004 een artikel verschijnen.
Bibliografie:
° De buitenkant van Nederlandse pockets: De Bezige Bij
& Karel Beunis / Sjaak Hubregtse
In: Boek en band: mededelingenblad voor handboekbinders. Amsterdam,
vol. 4 (1988), nr. 3, p. 8-12
° Een vak vol boeken / Wim Schouten. – Amsterdam
: De Bezige Bij, 1988
° De geschiedenis van De Bezige Bij 1942-1972 / Richter
Roegholt. – Amsterdam : De Bezige Bij, 1972
° Gerezen wit / Reinold Kuipers
In: Het oog in ’t zeil, 1984, vol.1, nr. 3, p. 22-23
(ook verschenen in Gerezen wit: notities bij boekvormelijks
en zo / Reinold Kuipers. – Amsterdam : Querido, 1990.
– P. 32-37 maar de laatste zin van het artikel is hier
weggevallen: “Ik hoop dat de tentoonstelling van Beunis’
werk, waarvoor bij De Bezige Bij een plan bestaat, kan doorgaan.”
Het is niet doorgegaan.)
° Karel Beunis : catalogus 7
Nijmegen : Antiquariaat Verzameld Werk, 1988
Een poging om het werk van Karel Beunis te beschrijven. De nadruk
ligt op het literaire werk -vooral De bezige bij. Maar zelfs deze
lijst van 505 nummers is niet volledig.
° Het tomeloze talent in grafisch Nederland / Hub. Hubben
Amsterdam : De buitenkant, 2000
° Het uiterlijk behang: reeksen in de Nederlandse literatuur / Lisa Kuitert
Amsterdam : De bezige bij, 1997
° Geert Lubberhuizen, uitgever: het mysterie van de Van Miereveldstraat / Wim Wennekes
Amsterdam : Bas Lubberhuizen, 1994
|